Patsers: veel bling-bling, weinig boem-boem
- lienmarivoet
- 2 apr
- 3 minuten om te lezen

Na het succes van Patser (2018) was de komst van een vervolg geen verrassing. Regisseurs Adil El Arbi en Bilall Fallah, inmiddels internationaal doorgebroken, keren terug naar de Antwerpse straten. Maar waar het eerste deel een rauwe straatcultuur uitstraalde, voelt dit vervolg als een stijloefening zonder inhoud.
Een zwak en geforceerd vervolg
Een goed vervolg bouwt verder op de sterkte van zijn voorganger. Patsers doet net het tegenovergestelde: de film voelt eerder als een losse spin-off. De personages lijken eerst een rustiger leven te leiden, tot één van hen in de problemen komt en de rest meegetrokken wordt. Klinkt spannend? Niet echt. Het verhaal is voorspelbaar en mist de scherpe randjes van Patser. Ondanks de indrukwekkende bezoekersaantallen in de eerste weken (HLN), blijft de film op narratief vlak oppervlakkig. Daarbovenop zorgt een bizar spiritueel element – een personage dat voortdurend dialogen heeft met een engeltje en duiveltje op zijn schouder – eerder voor kinderlijk entertainment dan voor een diepere laag.
Een imitatie zonder eigenheid
Visueel probeert Patsers de stijl van Hollywoodproducties zoals Fast & Furious en Bad Boys naar Antwerpen te brengen, maar dat voelt geforceerd. De Vlaamse flair ontbreekt, waardoor de film eerder een Amerikaanse kopie lijkt dan een authentieke misdaadfilm. Ook de castkeuze helpt niet: een overdaad aan BV’s, die niet per se bekendstaan om hun acteertalent, schaadt de geloofwaardigheid. Dit geldt vooral voor de politierechercheurs, die eerder doen denken aan een aflevering van De Buurtpolitie dan aan een serieuze misdaadthriller.
Meer visuele chaos dan meeslepende actie
Adil en Bilall staan bekend om hun energieke stijl, maar in Patsers schiet die zijn doel voorbij. De film barst van de snelle cuts en chaotische camerabewegingen, waardoor de actie moeilijk te volgen is. Antwerpen als setting had veel potentieel, maar wordt overstemd door een overdreven Amerikaanse invloed. Het resultaat? Een film die qua tempo en stijl alle kanten op schiet, zonder een echte spanningsboog op te bouwen.
Matteo Simoni redt wat er te redden valt
Gelukkig is er nog Matteo Simoni, die zoals altijd een solide acteerprestatie neerzet. Hij neemt het Antwerpse accent moeiteloos over en zet een overtuigend personage neer, compleet met Adidas-trainingspak, Gucci-pet en discovape. Zonder zijn charisma en geloofwaardige vertolking had de film nog minder impact gehad.
Een lange trailer in plaats van een volwaardige film
Waar je als kijker wacht op een meeslepende verhaallijn, krijg je vooral een aaneenschakeling van losse scènes en flitsende fragmenten. Patsers voelt meer aan als een uitgebreide trailer die je aandacht probeert vast te houden met snelle beelden, maar waarbij het eigenlijke verhaal uitblijft. Zelfs in de dialogen ontbreekt de diepgang: echte gesprekken maken plaats voor korte oneliners en oppervlakkige interacties.

"Dit betekent oorlog."— Nora Gharib (Badia)
Op naar een derde deel?
Wie hoopte op een afgerond verhaal, komt bedrogen uit. Patsers laat overduidelijk ruimte voor een vervolg en lijkt vooral gemaakt om een derde film in de reeks mogelijk te maken. De gebeurtenissen volgen elkaar snel op, maar de verhaallijn blijft traag en onafgewerkt, waardoor het einde eerder aanvoelt als een cliffhanger dan als een echte afsluiting. Zoals Nora Gharib, die Badia speelt, net voor het einde zegt: "Dit betekent oorlog", wat erop wijst dat dit allesbehalve het einde is van de 4 patsers.
Conclusie: stijl over inhoud
Patsers had de kans om een waardig vervolg op Patser te worden, maar kiest resoluut voor stijl boven inhoud. Matteo Simoni levert nog een sterke prestatie, maar kan niet verhullen dat de film narratief tekortschiet. Het resultaat? Veel bling-bling, maar te weinig boem-boem.

Lien, leuk blogbericht!
Ik heb patsers onlangs ook gezien en jouw blogbericht verwoordt exact wat ik voelde tijdens (en na) de film. Waar Patser nog die frisse, brutale energie had die recht uit de straten van Antwerpen kwam, voelt dit vervolg inderdaad als een glimmend verpakte maar inhoudsloze poging om Hollywood na te bootsen — zonder de ziel, zonder de punch.
De overdaad aan snelle cuts en visuele trucjes werkte voor mij eerder verwarrend dan meeslepend. Het voelde als kijken naar een eindeloze videoclip, met amper ruimte voor echte opbouw of emotie. En dat spirituele engeltje/duiveltje-element? Eerder kinderachtig dan grappig of betekenisvol. Ik vond het zelfs afleiden van de rest.
Je opmerking over de castkeuze vond ik ook heel herkenbaar:…